Lotgenoten: deel 3: Josef

Een toevallige ontdekking

In een doos in het Maasmechelse gemeentearchief vind ik enkele jaren geleden twee soldatenboekjes. Ze staken ooit in het uniform van Hubert Richter en Josef Stadtmann, twee Duitse soldaten uit de Tweede Wereldoorlog. Wie waren ze? Sneuvelden ze in Maasmechelen? Bij Stadtmanns Soldbuch vind ik een leren etuitje met daarin een helft van zijn identificatieplaatje.

In mijn hoofd gaan alarmbellen af, ik weet wat dat betekent. Wanneer een soldaat om het leven kwam, bleef het bovenste stuk van het plaatje, dat hij met een touwtje om zijn hals droeg, bij het lichaam. Het onderste stuk werd afgebroken en meegenomen om de verdere administratie rond de dood van de soldaat en het informeren van zijn familie in gang te zetten.

Informatie van de Duitse Oorlogsgravendienst (Volksbund Deutsche Kriegsgräberfürsorge e.V.) en het Duitse Rode Kruis over Richter en Stadtmann bevestigden mijn vermoedens: Grablage unbekannt (geen graf bekend), vermisst. Heeft Josef Stadtmann een graf? Er zijn eigenlijk maar twee pistes. Het is mogelijk dat hij nog steeds in het landschap begraven is, daar waar hij sneuvelde. Ofwel ligt hij op de Duitse militaire begraafplaats in Lommel in een onbekend graf. Daar werden na de oorlog Duitse soldaten begraven die in België gesneuveld waren. Maar wie vond Stadtmann dan? Wie brak het identificatieplaatje? Waarom werd zijn lichaam niet geregistreerd? Hoe en waarom geraakten net déze objecten in het archief? We zullen het wellicht nooit weten.

Het graf van een onbekende soldaat op de Duitse militaire begraafplaats van Lommel. Meer dan 39.000 soldaten zijn er begraven. Foto © Monique Bogaerts

Wie zoekt, die vindt

Eind 2020 worden de archiefbestanden rond ’40-’45 uit het gemeentearchief overgedragen aan de Stichting Erfgoed Eisden. Voorzitter Jan Kohlbacher belt me op en vraagt of ik meer over de bewuste soldaten weet. Ik stel hem voor om nabestaanden op te sporen. Zijn ze nog op zoek? Hebben de objecten voor hen een betekenis?

In Stadtmanns Soldbuch vind ik zijn geboortedatum- en plaats. Daar kom je vaak al een heel eind mee. Ik schrijf enkele heemkundige kringen in de regio Oelde-Beckum in Noordrijn-Westfalen aan, de streek waar Stadtmann opgroeide en woonde. Kort nadien krijg ik een antwoord en wel van zijn nicht Beate. Ik kan het haast niet geloven, want wat is de kans dat er na al die jaren nog nabestaanden zijn? Stadtmann had geen kinderen en was niet getrouwd.

In het bijzijn van Jan Kohlbacher (links) en schepen van Cultuur en Erfgoed Romain Hamers (3e v. links) en mezelf worden Beate en haar man (rechts) ontvangen in het gemeentehuis van Maasmechelen. Foto: © Ulli Kohlbacher

Ik stel haar voor om naar Maasmechelen te komen en zo gaat de bal aan het rollen. Beate is geïnteresseerd in de spullen van haar oom en brengt zelf een heleboel informatie mee. Wanneer we elkaar ontmoeten, heeft ze een doos aan documenten onder de arm. Uit oude brieven blijkt dat Josef voor het laatst gezien werd tijdens gevechten in Boorsem. Ze toont ook foto’s van haar vader Hermann, Josefs jongere broer. De twee lijken sprekend op elkaar. Hermann zocht jarenlang naar zijn broer en overleed zonder ooit te weten wat er precies met hem gebeurde. Beate vertelt me dat er in de familie amper gesproken werd over het nationaalsocialisme en de oorlog.

77 Jaar na Josefs verdwijning op 17 september 1944 ga ik met zijn nicht en haar man naar Boorsem. Sluitende antwoorden over wat er Josef gebeurde, kan ik hen niet geven, maar wel context. Ik leid hun rond door de streek, toon relevante plaatsen en geef uitleg over de bevrijding. Het geeft me het gevoel dat ik kan helpen. Ook het belang van de documenten mag niet onderschat worden. “Een deel van Josef komt nu terug naar huis”, vindt Beate.

Ook in de buurt van dit kapelletje in Boorsem werd in september 1944 hevig gevochten. Foto: © Bram Machiels

Vraagtekens

Die dag maakt indruk. Het zijn het soort momenten die toelaten het verleden vanuit een ander perspectief te bekijken. Herdenken is persoonlijk. Voor mij betekent het ook het ongemakkelijke verleden in de ogen durven kijken, stilstaan bij het waarom erachter en wat dat destijds met mensen deed. Allerlei vragen en gedachten dwalen nog lang door mijn hoofd. Duitse soldaten voerden in Maasmechelen een strijd tegen een overmacht, Maastricht was al bevrijd. Waarom zongen ze nog en probeerden ze het moreel erin te houden? Waarom nog vechten? Welk kader aan persoonlijke en/of ideologische motieven, maatschappelijke waarden en normen, groepsdynamiek, opvoeding en socialisatie speelde mee in hun denken en handelen?

Het lot van soldaten als Josef, Gernot, Franz of Friedrich zijn gehuld in vraagtekens. Wat we over hen weten, zijn vaak slechts fragmenten. Toch wordt het verleden ook door deze persoonlijke verhalen weer even tastbaar en toont het vooral de pure zinloosheid van oorlog en het gevaar van nationalisme en extremisme. Ons bewustzijn van die worst case scenario’s kan bepalend zijn voor hoe we omgaan met problemen vandaag en in de toekomst.

Ook Hubert Richter verdwijnt in ’44. Hij is dan 32 jaar. Wie weet, is zijn familie nog steeds op zoek en vinden ze antwoorden op vragen die meer dan 75 jaar onbeantwoord bleven.


2 reacties op ‘Lotgenoten: deel 3: Josef

  1. Beeindruckend geschrieben!
    Herzlichen Dank dafür Karsten!!!!!
    Schön, dass wir uns getroffen haben!
    Weiterhin viel Erfolg bei deiner /eurer Arbeit!
    Beate Kaldewey, geb. Stadtmann

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s